Bindend advies GcZ, 10 februari 2021, SKGZ202001803
Verzoeker ontving zorg van een door de ziektekostenverzekeraar gecontracteerde zorgaanbieder. Er ontstond tussen de zorgaanbieder en verzoeker een vertrouwensbreuk die onder meer was ontstaan ten gevolge van een privacyschending van een medewerker van de zorgaanbieder. Verzoeker had een foto van deze medewerker van Facebook gehaald en zonder toestemming verspreid. Daarnaast verweet hij medewerkers van de zorgaanbieder onrechtmatig geld van zijn rekening te hebben gehaald en onrechtmatig zijn huis te zijn binnengegaan. De zorgaanbieder heeft de zorg aan verzoeker stopgezet. De ziektekostenverzekeraar heeft hiervoor schriftelijk toestemming gegeven. Verzoeker heeft tegen deze instemming bezwaar gemaakt in de onderhavige procedure. Hij stelt voorts dat hij als gevolg van de stopzetting geen zorg heeft gekregen. Hij heeft hierdoor kosten moeten maken, en ook is een onveilige situatie ontstaan. De commissie oordeelt dat niet is gebleken dat de ziektekostenverzekering met de instemming met de beëindiging van de zorgrelatie tussen zorgaanbieder en verzoeker onzorgvuldig heeft gehandeld waardoor verzoeker schade heeft geleden. Ook heeft de zorgverzekeraar bij de bemiddeling naar een nieuwe zorgaanbieder niet zijn zorgplicht geschonden. Verzoeker was tijdig gewaarschuwd en had actie kunnen ondernemen. Dat hij met kosten is geconfronteerd door het staken van de zorgverlening met ingang van 14 augustus 2020 ligt dan ook in zijn risicosfeer en de gevolgen hiervan blijven voor zijn rekening.